Zon, tapas en zweet

Donderdagmiddag. We zitten weer bij het zwembad. De Whiskey Sour staat al voor ons, de Mallorcaanse gin-tonic is onderweg. De zon doet haar werk, onze schouders gloeien, en we blikken terug op drie heerlijke dagen vol zon, stranden, tapas en verdwalen in de bergen.



Tapas en ijs in Puerto de Alcúdia



Dinsdagavond besloten we Puerto de Alcúdia te ontdekken. Een plek waar we nog niet waren geweest. Het is een gezellige boulevard vol restaurants, direct aan het strand. Druk, levendig, met uitzicht op zee. We hadden trek in tapas en gingen op zoek naar een goed tentje. De eerste optie, Tu Bar, werd online goed beoordeeld, maar miste de sfeer.

We kozen voor Vitapas Gastro Bar, een wijnbar met goede reviews. Helaas stond daar één Roemeense barman in z’n eentje — én hij moest ook nog koken. Het duurde even, maar de tapas waren gelukkig top. Bij het afrekenen bood hij netjes zijn excuses aan. Niet veel later liepen we richting La Mallorquina voor drie bollen ijs. Lekker ijs, maar stiekem misten we de stukjes chocola en crunch.

Weggestuurd door parkeerdrukte in Valldemossa en Deià


Woensdagochtend gingen we vroeg op pad. Via de snelweg reden we richting de bergen, met als eerste stop het bekende Valldemossa. Een charmant bergdorpje aan de westkust van Mallorca. Smalle straatjes, oude huizen, een echt Spaans sfeertje. Alleen: geen parkeerplek te vinden. Helemaal vol.

Dan maar door naar Deià — nóg kleiner, nóg schilderachtiger. Maar ook hier: alles vol. Geen kans.

Bergroute naar Sóller en het trammetje


Gelukkig maakt de rit zelf veel goed. Via een kronkelende bergweg reden we door naar Sóller (spreek uit: Sojjer), bekend van het iconische trammetje dat je van het dorp naar de kust brengt.

Hier hadden we geluk: we namen een plek over van een vriendelijke toerist, mét parkeerkaartje. Win-win. Vanaf daar was het 15 minuten lopen naar het centrale plein: Plaça de la Constitució. Druk, gezellig, trams die voorbij ratelen en heerlijk ijs in de hand.

In het centrum struinden we langs winkeltjes, kochten we lokaal zeezout (ja, speciaal hier… zeggen ze), en twijfelden we even over een “limited edition” olijfolie. Niet gedaan — toch zonde als zo’n fles knapt in de koffer.

Bij de bakker haalden we een bocadillo met jamón y queso en eentje met sobrassada, een smeuïge Mallorcaanse worst die je geproefd moét hebben.

Puerto de Sóller en een adembenemende terugweg


Daarna reden we naar Puerto de Sóller: een brede baai met strand, haven en boulevard. Na een korte parkeerzoektocht vonden we een plekje aan het einde van de haven. Heerlijk gewandeld, strandgangers gespot en genoten van het uitzicht.

De terugrit naar het hotel was ronduit prachtig: via stuwmeren, steile afgronden en diepe valleien. Mallorca laat zich hier echt van zijn mooiste kant zien.


’s Avonds reden we naar Pollença — een kort ritje van 10 minuten. Nu in de avond was het er nóg gezelliger. We schoven aan bij Can Mir 45 voor tapas op het terras. Heerlijk gegeten, sfeertje was top. Precies goed.

Wandelen naar Vall de Bóquer


Donderdag, onze laatste volle dag. We wilden nog iets actiefs doen. Dus: wandelschoenen aan, auto in en richting het startpunt van de hike naar Vall de Bóquer, net buiten Pollença.

We volgden twee Fransen en kwamen bij een gesloten hek… huh? Gelukkig zat er een hekje in het hek en konden we er toch door. De wandeling zelf was schitterend, maar pittig. Zoals altijd misten we een bordje (of twee), maar uiteindelijk vonden we de juiste route.


Het uitzicht op de vallei, de geiten op de rotsen en de baai in de verte maakte alles goed. Bezweet en voldaan rustten we uit aan het water. De terugtocht was zwaar, maar met een grote glimlach stapten we weer in de auto.

Luxe lunch aan Platja de Muro


Voor lunch reden we naar Platja de Muro. Lang zandstrand, helderblauw water en… veel mensen. Gelukkig was parkeren hier geen probleem. We streken neer bij NU Mallorca (NUMA), een hippe beach club met harde muziek, chique mensen en… iets te dure tapas.


We kozen voor coquilles en kroketjes. Beide heerlijk. En met een verfrissend drankje erbij was het de perfecte afsluiter van de middag. Daarna snel in de zwembroek het water in — even afkoelen.

En vanavond?

Bonte avond. Het wordt laat. Maar hé, daar zijn vakanties toch voor?

 

Advertentie